
Het is gewoon een nachtmerrie, een heel nare droom. Het is alsof we in een horrorfilm zitten zoals Contagion van Steven Soderbergh.
Een virus heeft de wereld in zijn greep, verlamt het land en de samenleving. Mensen worden ziek, sommigen sterven, sommigen weerstaan het en worden beter. Velen ontlopen het gelukkig.
Om het virus te stoppen of in ieder geval de verspreiding te stoppen of te vertragen moeten er grote offers gebracht worden. We blijven zoveel mogelijk thuis, niet meer naar het werk, niet meer naar school, niet naar de club of het café, naar de repetitie of de uitvoering, geen theater en geen festival. We zijn op elkaar aangewezen in een veel kleinere ruimte dan we gewend zijn. Anderen hebben het nog slechter, want die komen helemaal alleen te staan, geen bezoek meer en soms worden je vragen voorgelegd waar je nog lang niet aan toe was.
Ieder dag worden we overstelpt met informatie en nieuws over Corona. Je wordt alleen nog banger gemaakt, want naast onze volksgezondheid en ons zorgstelsel, komt ook onze economie onder grote druk en weten we niet meer wat ons te wachten staat.
Maar mensen zouden mensen niet zijn als ze niet op allerlei manieren terugvechten. We hebben een gezamenlijke vijand en dat verbindt ons. We vechten terug. Onze helden: de artsen en verplegers, de verzorgenden, de mensen in het onderwijs, in de winkels. Kortom alle mensen in de ziekenhuizen, verzorgingshuizen, scholen, kinderopvang en winkels. En ook onze dienstverleners: onze politieagenten, brandweerlieden, postbodes. Onze transporteurs, journalisten, bezorgers en mensen die in de toeleveringsbranches werken. Iedereen dus die voor mensen in een vitaal beroep spullen maakt en diensten levert. Allen zetten zich voor 200% in, vaak ook nog met gevaar zelf besmet te raken, om mensen te helpen en het virus te verslaan.
Wij houden ons aan de regels en voorschriften en bedenken allerlei prachtige dingen om het leven wat draagbaarder te maken voor onze ouderen, onze buren, de kwetsbaren, de kinderen en onszelf. Er komt een ongekende kracht en creativiteit vrij. Er ontstaat een saamhorigheid en gezamenlijk verantwoordelijkheid en vereend initiatief.
Mijn droom is dat dit zo blijft. Dat dit de maatschappelijke kanteling die hier en daar al begonnen is, gaat versterken. Dat we van de traditionele ordeningen volgens het Angelsaksische model, gebaseerd op ruimte en kracht voor de vrije markt en laissez-faire kapitalisme en het meest voorkomende Rijnlandsmodel, gebaseerd op sociaaldemocratische principes en een sturende overheid, groeien naar een vernieuwd model waar de dorpen en wijken de nieuwe “zuilen” zullen zijn. Een maatschappelijk model geïnspireerd op UBUNTU. Een oeroude filosofie die zegt: ”In je eentje ben je nergens” oftewel “je bent mens, dankzij anderen”. Een filosofie die zegt dat meningsverschillen, andere achtergronden en conflicterende opvattingen ons vormen. Dat we die in dialoog oplossen en we leren van verschillen om samen te kunnen groeien. Op verschillende plekken in Nederland zagen we al de burgerinitiatieven of beter gezegd sociale ondernemingen. Friskijkers en dwarsdenkers die een eigen onderneming starten op sociaal-cultureel gebied of op zorg- en financieel gebied. Zo zijn er al vele energie-initiatieven, financiële coöperaties, lokale kredietverleningsunies en zorgcoöperaties. Ook zijn er broodfondsen opgericht door o.a. ZZP-ers, netwerken die van 20 tot 50 ondernemers geld opzij leggen om elkaar te helpen in geval van langdurige ziekte.
Zij werken met kernbegrippen als samenredzaamheid, eigenaarschap, kleinschaligheid, samenwerking en vertrouwen. De basis is gemeenschapskracht, de positieve energie die vrijkomt als mensen elkaar helpen om hun doelen te bereiken door middelen te delen. Vroeger noemde we dat nabuurschap. Dat viert nu gelukkig hoogtij.
Een vernieuwde maatschappelijke ordening of misschien al een heel oude. Hopelijk blijft de maatschappelijke trend die zich nu manifesteert na de Coronaperiode doorgaan en komt mijn droom nog uit ook.