Dit jaar zijn er 47.000 wandelaars ingeschreven voor de 105e Vierdaagse van Nijmegen, die op 18 juli van start gaat. Ongeveer 50 deelnemers zijn Vughtenaren die vier dagen de 50, 40 of 30 km lopen. Twee daarvan, Marc van der Bruggen en Ton de Kroon, gaven in Blikveld een inkijk in hun motivatie voor deze wandeldagen.
Vier dagen lopen de deelnemers in de omgeving van Nijmegen. Dag een is de dag van Elst, ook wel de blauwe dag genoemd. Dag 2 is de dag van Wijchen (roze woensdag). Deze route gaat door het Land van Maas en Waal. Dag 3 is de dag van Groesbeek. De Zevenheuvelen route. En de vierde dag is de dag van Cuijk en de Via Gladiola. In Cuijk steken de deelnemers via, de speciaal neergelegde pontonbrug, de Maas over.
Voor Marc is het Vierdaagse-virus in 2015 weer opgekomen. Hij heeft eerder 5 jaar (1981 tot 1986) meegelopen. Door allerlei omstandigheden is het er daarna jaren niet mee van gekomen. Maar zoals hij zei: “het virus blijft in je zitten. Dit is niet bij iedereen zo. Er zijn debutanten die het na een keer al voor gezien houden. Het pakt je of pakt je niet.”
Maar wat nu precies het virus is kan niemand goed omschrijven. “Het is de saamhorigheid en het plezier en de kontakten die je onderweg krijgt met andere deelnemers. En het werkt verslavend als je het eenmaal te pakken hebt.”
De afstanden die gelopen worden zijn afhankelijk van de leeftijd. Ben je bijvoorbeeld 65 dan ben je verplicht minimaal 30 km te lopen maar je hebt dan ook nog de keuze om de 40 of 50 km te lopen. Marc loopt 50 km per dag omdat hij gecharmeerd is van de routes die dagen. En het voordeel is voor hem dat je dan om 04.00 uur mag starten.
Ton de Kroon is debutant dit jaar. Hij gaat ieder jaar mee met blaaskapel Deesjavu die ieder jaar, als een van de muziekgezelschappen, voor de muzikale begeleiding zorgt, tijdens de afsluitende vrijdag. En al jaren roept hij steeds dat ook een keer te willen doen. En vorig jaar zei hij tegen een vriend zich te gaan inschrijven. Voor Ton wordt het een extra uitdaging omdat zijn onderbeen is geamputeerd en hij met een prothese loopt. Hij heeft al heel wat trainingskilometers in de benen , dus op dat gebied is hij er niet bang voor. De vraag was voor hem wel of er iemand mee moest lopen als begeleider. Maar na informatie bij de organisatie is deze regel alleen bestemd voor visueel- en geestelijk-, maar niet voor lichamelijk gehandicapten. En zo loopt hij dit jaar, wel met een vriend, de 50 km. Door de training voor de Vierdaagse is Ton al heel wat kilo’s kwijt geraakt wat ook weer goed is omdat hij diabetespatiënt is. Hij pakt zijn deelname heel serieus op. Dit blijkt onder meer uit het feit dat hij zijn voedingspatroon met behulp van een diëtiste aanpakt.
“Het wandelen is goed voor je hele lichaam,” aldus Marc. “Sinds de Corona periode zijn heel veel mensen gaan wandelen. Dit was voor velen een nieuwe gezonde ontspanning. Maar wat ook belangrijk is, is de voeding. Het zijn inspanningen die je tijdens die vier dagen verricht die geen sinecure zijn. Daarom is het belangrijk om regelmatig te eten en te drinken. Zie het als vier werkdagen. Ook dan eet en drink je regelmatig.”
En na vier dagen lopen is het inmiddels een traditie geworden dat de Vughtse wandelaars op zaterdag bij elkaar komen voor de zogenaamde ‘Blarenbabbel’. Onder het genot van een drankje worden de ervaringen met elkaar gedeeld en kun je op die manier weer afkicken van vier mooie dagen.
Luister hieronder naar het interview met Marc en Ton.
Blikveld, 1 juli
Presentatie Erik Overman en Peter Corvers.
Techniek Maurice van der Vliet.
Editor Ralph van Dongen.