Home Nieuws Van de Mortel kijkt met plezier terug

Van de Mortel kijkt met plezier terug

Foto: Gemeente Vught

Na een periode van achttien jaar, neemt Roderick van de Mortel (53) afscheid als burgemeester van Vught. “Ik ben blij en dankbaar dat me dit burgemeesterschap gegund is. Ik kijk met plezier en voldoening terug op achttien prachtige jaren.”

Van de Mortel riep als kind al dat hij burgemeester wilde worden. “In de familie van vaders kant waren er meerdere burgemeesters. Natuurlijk had ik geen idee wat het inhield. Maar ik bemoeide me overal mee en vond overal iets van. De dag na mijn 18e verjaardag werd ik lid van de VVD. Tijdens mijn studie vroegen ze of ik kandidaat wilde worden voor de gemeenteraad van Den Bosch. Vanaf 1994 ben ik politiek bestuurlijk actief.”

Toen de vacature in Vught voorbij kwam, moest hij wel reageren. “Twee oudooms waren burgemeester van Vught (Van Rijckevorsel en Rouppe van der Voort). Ik ben blij en dankbaar dat het mij ook gegund is. Ik was 35 toen ik burgemeester werd, de jongste van Nederland. Met heel veel plezier en voldoening kijk ik terug op achttien prachtige jaren. Ik vind het nog steeds een geweldige gemeente en ook een rijkdom dat Helvoirt zich bij ons heeft aangesloten. De gemeente heeft drie kernen met een krachtige eigen persoonlijkheid. Ik wil nooit meer weg uit Vught. Het is een geweldige woongemeente. Alle faciliteiten zijn er en alles is goed geregeld en georganiseerd. We mogen blij zijn dat we hier mogen wonen.”

Politieke sfeer

Op politiek gebied was het onrustig, toen Van de Mortel hier achttien jaar geleden kwam. “De politiek in die tijd was een grote uitdaging. De sfeer was intern en extern verpest en er liepen 22 procedures tussen de gemeente en andere partijen in Vught. Een voor een zijn we alle rechtszaken af gaan werken en oplossen. Ook de sfeer in de raad was niet goed. Door zaken open te breken en transparant te maken, zijn we ze op gaan lossen. Binnen paar jaar waren de verhoudingen weer genormaliseerd.”

Politieke sfeer gaat volgens Van de Mortel altijd op en neer en wordt ook door de maatschappij beïnvloed. “Tendensen uit de samenleving zie je op lokaal niveau terug. Respect is vaak ver te zoeken, vooral landelijk. Men geeft een verkeerd voorbeeld aan de samenleving. Luister naar elkaar en heb het over de inhoud en de argumenten. Heb het ook over feiten en niet over aannames. Overal wordt meteen zo emotioneel op gereageerd. Zoek eerst eens uit of de aanname klopt en wat de feiten zijn. Als iemand iets roept wordt het meteen als feit bestempeld. En je hoort vooral de mensen die het ergens niet mee eens zijn en niet de mensen die het er wel mee eens zijn. Daardoor is de beeldvorming scheef en lijkt het alsof alles fout gaat.”

Verdrietig

Sommige dossiers zijn in de afgelopen achttien jaar tot een goed einde gebracht, anderen konden nog niet afgesloten worden. “Het is verdrietig om te zien wat er rondom De Speeldoos gebeurt. Het zou om de gebruikers moeten gaan en over niets anders. Als burgemeester moet je de ruimte krijgen om in een dossier een rol te mogen spelen. Bij DePetrus werd mij bijvoorbeeld gevraagd om te onderhandelen met het bisdom. Dan krijg je de ruimte om iets te doen. Als je dat echter uit eigen beweging gaat doen, word je onderdeel van de politieke discussie en gaat het van kwaad tot erger. De Speeldoos was al een gedoe toen ik kwam en speelt al zeker 25 jaar. Ik kan er niets van zeggen, want dat kan niet als burgemeester. Deze zaak is te gepolitiseerd. Daardoor is er helaas geen rol voor mij, maar mijn handen jeuken.”

“In de toekomst hoop ik nog voor een goede oplossing voor het stikstofprobleem. Het is jammer dat de raad van state een streep heeft gezet door het N65 plan. De komende tien / vijftien jaar zal er mogelijk structureel niets veranderen. We hebben wel veel geld, 200 miljoen, bij elkaar gelobbyd die we nog steeds kunnen inzetten. Het is jammer dat de uitvoering niet doorgegaan is. Dat is een mooie uitdaging voor mijn opvolgster.”

Jeugdarmoede

De scheidend burgemeester hoopt ook op een structurele oplossing voor de jeugdarmoede. “Armoede is sowieso verdrietig, maar jeugdarmoede raakt me diep. Daar zit frustratie want de middelen zijn er, evenals de bereidheid om te helpen. Toch weten we niet alle kinderen in armoede te bereiken. Ik heb zelf het jeugdfonds opgericht waar veel geld binnen komt. Dat geld krijgen we niet op omdat we te weinig aanvragen krijgen. Iedereen doet zijn best om bekendheid te geven aan de regelingen. Daar wil ik me voor blijven inzetten. Hulpmiddelen en mensen die het nodig hebben, dichter bij elkaar brengen. Het zit ook in de systemen gebakken dat we dingen normaal vinden, zonder erbij stil te staan dat dat niet voor iedereen geldt. Hier kunnen we als samenleving nog een slag maken. Ons er bewust van blijven dat niet iedereen het zo goed heeft.”

Gelukkig zijn er ook veel zaken goed gegaan. “De verdiepte ligging van het spoor is een succes. Dat hebben we voor elkaar gebokst en daar zijn we trots op. Ik ben trots op DePetrus, een huiskamer voor de gemeente waarmee we ook een rijksmonument hebben gered. Het is een plek waar alles en iedereen elkaar ontmoet. Ook trots ben ik op de goed verlopen herindeling met Helvoirt en de woningbouw Stadhouderspark en Zeeheldenbuurt. En op de situatie rondom de PI met de ontsluitingsweg en de rechtbank. Vrijdag 28 maart vindt de opening van deze rechtbank plaats. Dat is speciaal nog voor mijn vertrek als burgemeester. Daar ben ik heel erg trots op.”

Troostende schouder

De mooiste momenten voor Van de Mortel waren echter persoonlijke momenten. “Mooie momenten waren de momenten wanneer ik echt iets voor mensen kon betekenen. Dat vind ik ook het mooie van het ambt van burgemeester. Een troostende schouder, een dossier een duwtje geven, mensen met elkaar in verbinding brengen. Als er bijvoorbeeld geen subsidie is, om mensen in contact te brengen met sponsoren. Of een burenruzie oplossen. Maar ook mensen steunen die iets ernstigs overkomt, er voor ze zijn. Het is heel mooi dat je voor iemand iets kunt betekenen.”

Hij kijkt met heel veel voldoening terug. “Ik heb veel meegemaakt, ook heel veel verdrietige momenten, zoals het overlijden van enkele raadsleden. Maar juist rondom die momenten heb je ook iets voor mensen kunnen betekenen. Gelukkig waren er vooral ook leuke dingen, zoals het op poten zetten van Koningsdag met al die vrijwilligers. Het is het enige moment per jaar dat noord en zuid en arm en rijk elkaar ontmoet in Vught. Die samenhang en sfeer vind ik van belang. In het centrum hebben we nu een plek waar mensen niet alleen maar boodschappen doen, maar elkaar ook ontmoeten en vragen hoe het met elkaar gaat.”

Impact op privéleven

Persoonlijk heeft het burgemeesterschap een grote impact gehad. “Veel mensen realiseren zich niet wat het ambt inhoudt. Tijdsdruk, agenda-invulling, stressfactoren en de impact op gezin. Ik wilde altijd voor iedereen benaderbaar zijn. Dat vraagt extra inzet en tijd. Als mensen met een probleem naar me toekwamen, wilde ik het zelf oplossen. Burgers zijn afhankelijk van de overheid. Dat moet je je iedere dag realiseren en daar moet je zorgvuldig mee omgaan. Dat besef zit er bij mij heel diep in. Ik rust niet voor iets is opgelost of er een alternatief is bedacht. Ik ga pas naar huis als de mails zijn beantwoord. Als ik met mijn vrouw boodschappen ga doen, word ik continu aangehouden en sta ik iedereen te woord. Mijn agenda is al die jaren door anderen bepaald. Ik was ook veel avonden en weekenden weg. Als vader was ik er eigenlijk nooit. Achttien jaar lang, zeven dag in de week, vierentwintig uur per dag.”

“Ik klaag niet, want het werk is fantastisch, maar dat is wel de impact. Rondom de ontsluitingsweg en rechtbank PI ben ik veel op televisie geweest. Ik wilde voorkomen dat verdachten door het dorp vervoerd moesten worden. Dat vond niet iedereen leuk. Ik heb al vijftien jaar camera’s rond mijn huis hangen. Er zijn meerdere serieuze bedreigingen geweest. Ik was dan ook een van de weinige ouders die blij was dat kinderen op kamers gingen. Dat was een zorg minder. Als burgemeester heb je te maken met verschillende soorten bedreigingen. Het kan een brief zijn, of iemand die schreeuwt dat ze weten waar ik woon. Ik ben daar zelf niet zo van onder de indruk, maar het is niet natuurlijk. Met de echt zware bedreigingen is het op dit moment gelukkig rustig. Normale omgangsnormen en fatsoen is soms zo ver te zoeken. Een deur voor iemand openhouden, iemand voorlaten. Coronatijd was afschuwelijk maar het was wel mooi dat mensen naar elkaar om gingen kijken. Helaas is dat ook weer snel afgenomen. Samenleven moet je op een prettige manier met elkaar doen.”

Nieuw leven

Vanaf 1 april volgt een nieuw leven. “Het is nu een mooi moment om hele andere dingen te gaan doen en minder in de schijnwerpers te staan. Ik word directeur van een landgoed en van een stichting die de nalatenschap beheert van een kinderloos echtpaar. Daar heb ik heel veel zin in. Het is ontzettend leuk om nog een mooie switch te maken en de keus te hebben om iets anders te gaan doen.”

Van de Mortel wordt opgevolgd door Chantal Nijkerken. “Ik hoop op een warm welkom met open armen voor de nieuwe burgemeester. En dat ze de kans krijgt om zichzelf te ontwikkelen. De enige tip die ik voor haar heb: ben en blijf vooral jezelf. In Vught ruiken ze of je het meent of niet.”