De eikenprocessierups zorgt voor overlast in ons land en helaas ook in Vught. En nu de temperaturen omhoog gaan, komen de eerste rupsen uit hun eitjes. Daarom gaat de gemeente Vught preventief bestrijden. Als de eikenprocessierups net uit het ei komt, heeft het nog geen brandharen. Dat is het juiste moment om de rups te bestrijden met een biologisch bestrijdingsmiddel. Als dat goed lukt, gaan de rupsjes dood. Dat betekent dat er in het hoogseizoen (mei en juni) minder rupsen met brandharen zijn én dat er volgend jaar minder eitjes zijn. Goed nieuws dus!
Er wordt gespoten met een zogenoemde nevelspuit. In de nevel zit een bacteriepreparaat. Dit middel gaat op de bladeren van de boom zitten en als de rupsen hier genoeg van eten, gaan ze dood. Het middel is alleen schadelijk voor rupsen, niet voor mensen of andere dieren. Nadeel is dat ook andere rupsen doodgaan van het middel. Dat is de reden dat in gebieden met beschermde
vlindersoorten geen bestrijding plaatsvindt.
Lastig bij preventieve bestrijding is dat de periode dat de rups geen brandharen heeft, maar kort is. En als de nesten hoog in de boom zitten, is het moeilijk om die plekken goed te bereiken. Het lukt dus niet om alle rupsen aan te pakken. Daarom gaat de gemeente in het hoogseizoen ook door met bestrijding. Met industriële zuigers worden de rupsen en (oude) nesten opgezogen. Vanaf de grond en met behulp van hoogwerkers.
Plastic om bomen wikkelen?
Geen goed idee. Door het Kennisplatform eikenprocessierups is onderzoek gedaan naar de werking van plastic om bomen ter bestrijding van de eikenprocessierups. Conclusie is dat dit niet werkt, maar het probleem zelfs erger maakt. Het plastic geeft juist wel overlast voor de omgeving. Er kunnen brandharen op het plastic komen en dat maakt het besmet materiaal. De gemeente moet dan het plastic afval speciaal afvoeren. Ook kan het plastic losraken en op die manier in de natuur terechtkomen. Daarom is de oproep: omwikkel de bomen niet met plastic!
Al gedaan? Haal het plastic weg voordat de jonge rupsen brandharen krijgen.
Preventieve bestrijding wordt vooral langs alle wegen met eikenbomen gedaan en waar de afgelopen jaren veel nesten voorkwamen alsmede in de buurt van scholen, kinderopvang, verzorgingstehuizen, recreatiegebieden, sportvelden en doorgaande fiets- en wandelroutes.
Bestrijding door vogels en insecten
Vught hangt ondertussen ook vol met nestkastjes. Er zijn er dit jaar maar liefst 795 uitgedeeld. Vogels, maar ook allerlei insecten dragen bij aan de natuurlijke bestrijding van de eikenprocessierups doordat ze die eten. De koolmees is bekend, maar ook de koekoek, wielewaal en specht eten de rups als die groot is (en brandharen heeft). Kleinere vogels zoals winterkoning, roodborst en pimpelmees eten juist de eitjes van de rups. Verder worden de rupsen, poppen en vlinders ook gegeten door insecten, spinnen en vleermuizen. Je krijgt meer insecten door meer variatie in de beplanting en vogels help je door nestkastjes op te hangen. Zorg dan wel voor wat struikjes eronder of vlakbij, dat is belangrijk voor de dekking van de pas uitgevlogen vogeltjes en goed voor de biodiversiteit.