Anna (Ans) Heringa-Jongbloed (1901-1945) uit Amsterdam biedt in haar pension onderdak aan Joodse onderduikers. Na verraad worden bij een huiszoeking 2 Joodse vrouwen gevonden. Anna wordt in april 1944 naar Vught gebracht. Ze maakt hier veel snuisterijen; dit fragiele kerstboompje met versiering is gemaakt van een takje en restjes materiaal. In Vught werkt Anna in het Philips-Kommando. Ze maakt knijpkatten en ‘organiseert’ koperdraad en plexiglas van de nabij gelegen vliegtuigsloperij. Hiermee maakt ze lepels en sieraden. Kamp Vught wordt op 5 september ontruimd en Anna moet met de laatste treintransporten naar Ravensbrück. Op 2 januari 1945 bezwijkt Anna aan tyfus. Haar echtgenoot en 4 kinderen overleven de oorlog. De verhalen blijven.
In de kerstvakantie is Barak 1B extra geopend: dagelijks van 12.00 tot 17.00 uur t/m 8 januari. Dit geldt voor alle dagen met uitzondering van 24 december, als beide locaties tot 15.00 uur geopend zijn. Ook op 31 december en 1 januari zijn het museum en Barak 1B gesloten.
Foto: Chris Booms