Marc Smits
Laat ik er maar niet omheen draaien en direct met de deur in huis vallen nu ik vanaf de start van 2022 op eigen verzoek deel mag uitmaken van het NOVO3 columnistengilde. Boven tafel komt het toch wel dus kun je maar beter meteen met de billen bloot. Ook ik heb me er schuldig aan gemaakt. En niet zo’n beetje ook. Liefst een kwart eeuw was ik er – tot eind 2018 – actief. Maakte ik er deel van uit. Zat ik in het journalistieke complot. Was ik een verlengstuk van de overheid die het niet bepaald goed voor heeft met de mensheid. Die duistere organisatie puur uit op megalomane macht, eigenbelang en zelfverrijking zo lees ik – hoor en wederhoor toepassend – links en vooral ook rechts.
Ik heb het natuurlijk over de mainstreammedia. Een inmiddels veel gebezigde term in bepaalde delen van de samenleving die sinds 25 februari 2020 tot een nieuwe zelfstandige tak is uitgegroeid waarbij zelfbescherming van anderen niet bepaald bovenaan het prioriteitenlijstje staat. Zelfbeschikkingsrecht is een groot goed zo vindt men vooral zelf. Een kwart eeuw lang opereerde ik als vazal van en voor die vervloekte mainstreammedia en werd ik gebruikt als boodschappenjongen. Iets waar ik nu pas achter kom, nooit in de gaten heb gehad naïef als ik was en erger nog … nog steeds ben. Heb er nota bene voor gestudeerd. Dat maakt het er allemaal niet beter op.
Een tweede ontboezeming: sinds februari 2005 ben ik als inwoner van Vught bezig met mijn inburgeringsproces. Het gaat de goede kant op. Positieve noot: sommige Vughtenaren denken dat ik van origine van hier ben. Niets is echter minder waar. Mijn wortels liggen in Den Bosch-zuid aan de overkant van de polder daar waar vroeger Vught voor mij aan de andere van Het Bossche Broek lag. Ofschoon ik me na ruim zestien jaar inburgeren hier best thuis voel, ben ik net als andere plaatsgenoten vaak in Den Bosch te vinden. Zeker ook met carnaval.
Het feest der verbroedering grijp ik soms aan om me in de Vughtse samenleving onder te dompelen of zeg maar gerust in te wurmen. Een voorbeeld. Carnaval 2011, een dinsdagmiddag in Dommelbaorzedurp, café De Klok, ergens tussen 14.22 en 14.44 uur (de kinderoptocht is bezig). Ik besluit een biertje te halen. Bij binnenkomst zit een viertal heren – enigszins op leeftijd – aan tafel te kaarten. “Gij hèt unne foute sjaol om”, luidt het warme welkom verwijzend naar het roodwitgeel om mijn nek. “En gij moet eerst leren klètsen”, reageer ik in één adem naar het olijk uitziende mannetje. Hij heeft de pech dat ik hem enkele dagen eerder op TV73 in de ton – compleet met papieren autocue – zie schitteren tijdens de kletsavond. “Ja, Theo*”, klinkt het uit de mond van zijn tafelgenoten en vervolgens wordt het stil. Doodstil.
Jullie begrijpen het al. Een vreemde eend in de bijt. Van buitenaf. Niet van ons. Beter gezegd: niet van jullie. Hopelijk waarderen jullie de kritische noot van een indringer. Een infiltrant die in deze columnachtige vorm zijn plasje over Vughtse zaken doet. Van een afstand is het natuurlijk makkelijk praten. Of nee, laat ik het dicht bij mezelf houden: het zijn toch ook een beetje mijn zaken geworden.
*Vanwege privacy-redenen is de naam ‘Theo’ gefingeerd.