Door Ton Wagenaars
Ik was voornemens om mij niet meer in te laten met de Vughtse politiek of gebeurtenissen in dit deftige dorp. Ik zou me gaan toeleggen op het schrijven van liefdevolle verhaaltjes over het dagelijks leven die ook zeker waardevol konden zijn en ook lezenswaardig. Dit keer wijk ik er noodgedwongen een keer van af want ik maak mij zorgen. Ik heb twijfels over de goede afloop van “de ontwikkeling van Zorgpark Voorburg tot een gezondheidspark, duurzaam en groen waar het prettig wonen, werken en verblijven is voor een vitale gemeenschap van cliënten, andere inwoners van Vught en ondernemers”. Aldus de programmapropaganda. Op het grote, nog steeds majestueuze, park met zijn bijna sprookjesachtige lange lanen met eeuwenoude bomen zullen ruim 900 woningen gerealiseerd gaan worden en dat “zonder dat de groene structuur van het park zal worden aangetast.” Althans zo is het vernoemd in de uitgaande berichten, flyers en ander propagandamateriaal ongetwijfeld samengesteld door commerciële letterzetters en advertentiebureaus die wel raad weten met het verkopen van een dure boodschap. Men gaat nog verder: het parkachtig karakter blijft bestaan en ook voor behoud van het groene karakter staat men garant met namens Reinier van Arkel ook nog eens het blijven bestaan van de historie. Wat bij deze verkoopstunt uiteraard hoort zijn de staatsiefoto’s van gelukkige uitvoerders en samenstellers van de boodschap. Allen uiteraard breed lachend en handenwringend voor de camera en elkaar gelukzalig aankijkend. Het grootse evenement is al bij voorbaat voorbestemd om succes te garanderen want zowel de nog prille wethouder de heer Den Otter als de woordvoerder van Reinier van Arkel de heer Derksen hebben een gezamenlijke achtergrond. Keuvelend op een bankje tijdens een rondvaart door het park, bleek namelijk dat beiden groot geworden zijn tussen de tompouces, gevulde koeken, croissants, verjaardagstaarten en krentenbollen. Zij stamden beiden namelijk uit een gezin van bakkers en dan weet je het wel; dit komt voor de bakker.
Om het beeld van een op voorhand geslaagde metamorfose van het zorgpark compleet te maken mocht een vrouw ook niet ontbreken en daarvoor werd een sprankelende wethouder mevrouw Vos gevraagd om aan te schuiven die daar graag gehoor aan gaf en garant staat dat de geweldige lanenstructuur gehandhaafd blijft. Het concept ligt er nu en nu kunnen “zorg, wonen, werken, leren en recreatie samenkomen in een groene omgeving en hoogbouw zal uit den boze zijn”. Het wachtwoord bij alle plannen zijn de woorden “groen” en “bruisend”. En om alle twijfels weg te nemen; men gaat inzetten op de bouw van community ’s waarvoor ook al twee community builders zijn aangesteld. Het wordt dus niet een gewone reguliere woonwijk, maar een heus park waar mensen oog hebben voor elkaar.
Kortom, ik kan niet wachten.
Vanwaar dan mijn twijfels, vanwaar dan mijn grote scepsis over dit megaproject? Simpel, al vaker hoorde ik van prachtige uitbreidingsplannen, van aangepaste bouwplannen die landschappen niet zouden aantasten en van grootscheepse vernieuwingen die alleen maar alles ten goede zouden keren. En ze mislukten zo vaak. Ik heb in mijn inmiddels driekwart eeuw in dit deftige dorp de teloorgang gezien van menig natuurgebied of landgoed. Ik ga ze niet opsommen al maak ik graag een uitzondering voor het Lunapark IJM waar Bobbejaanland straks danig concurrentie van gaat krijgen. Ook Huize Bergen is goed op weg om er een pretpark van te maken met meer ingangen, grind en talloze happenings. De voormalige grandeur van een besloten landgoed is al lang verdwenen en het is wachten op de eerste bordjes met daarop de aankondiging : “Camping”. Het voormalige krankzinnigengesticht Voorburg behield tot nu nog veel van zijn voormalige charme al verdwenen de statige beelden van de aartsengelen bij de ingangen met hun klapwiekende vleugels en vermanend kijkende ogen. De vroegere oude gebouwen die de sloophamers hebben weten te ontwijken zijn architectonisch nog steeds juwelen en vormen nog altijd een goede tegenhanger voor alle nieuwe vestigingen die qua architectuur meestentijds geen enkele schoonheidsprijs halen. De toezegging dat men met gepaste eerbied zal zorgdragen voor het behoud van majestueuze, monumentale bomen kan ik ook slechts met hoongelach beantwoorden. Negenhonderd woningen gaan ongetwijfeld zorgen voor een ingrijpende en bovenal negatieve invloed op dit gebied. Neen, niet zeggen dat ik tegen huizenbouw ben en dat ik niets begrijp van de woningnood en onze naar kamers snakkende jeugd. Dat snap ik, maar ga me niet wijsmaken dat het er allemaal beter van gaat worden want daar geloof ik al decennia niets van. Ook heb ik niets tegen de eerder vernoemde ondertekenaars van het concept. Ik vertoef vaak ( ook clandestien) op de Vughtse landgoederen of van wat daar nog van over is. Dat blijf ik doen met de komende jaren, zo lang het nog duurt, vooral op het zorgpark Reinier van Arkel alleen al om te zien wanneer het weer echt verkeerd gaat. Moet u ook eens doen. Hopelijk heb ik geen gelijk.