Het was een koele, natte zomer. Niet fijn voor de vakantie maar prima voor de natuur! Iedereen met een tuin merkte dat met dit zomerweer alles de grond uit knalde. Er viel bijna niet tegenop de tuinieren. Ook de bomen hadden een goed seizoen. Na twee gortdroge en loeihete zomers konden ze een beetje op verhaal komen. De letterzetter kreeg geen kans met zoveel sappen in de boombast. Jonge zaailingen hadden een prima start. Dat kon allemaal geen kwaad na de verdorring van vorige jaren.
In Vught zijn we voor het herstel van de natuur erg afhankelijk van het weer. En van particulieren. Van de gemeente is weinig te verwachten. Een groenplan voor veel meer bomen is naar achteren geschoven. Een plan voor windmolens en zonneweides krijgt voorrang. Daarna pas die bomen. Terwijl dat toch twee kanten zijn van dezelfde klimaatmedaille: duurzame energie enerzijds en meer CO2-opname anderzijds. Daar heb je veel nieuwe bomen voor nodig; tienduizenden alleen al in Vught. Maar de gemeente heeft nog geen idee. Of deinst er voor terug. Voor 2030 – cruciaal jaar voor de CO2-reductie – levert dat niks op, ben ik bang.
Bij al die problemen is er een mooi lichtpuntje: de Vughtse Gement. Sinds 2008 zijn grote delen daarvan in beheer van Natuurmonumenten en die beschouwen het als een van de meest succesvolle natuurherstelprojecten in Nederland. De landbouwgrond werd er deels afgeschraapt en deels onder water gezet. Resultaat: talloze orchideeën en de overwintering van honderden kleine zwanen, een zeer zeldzame watervogel. Dat zijn maar twee voorbeelden van de enorm toegenomen natuur in deze polder. Vogelspotters zien steeds meer zeldzame soorten en veldbiologen spotten meer en meer bijzondere kruiden en insecten. En te midden van al dat moois liggen de twee eeuwenoude eendenkooien. Nog altijd strijken er duizenden eenden van allerlei slag neer.
Houwen zo! Alleen van een afstandje naar kijken, zoals de vogelaars langs de Deutersestraat doen. Laat de natuur hier zijn gang gaan, zonder menselijke verstoring. Dus laat Den Bosch opzouten met zijn 1629-kermis die ook in de Gement zou moeten plaatsvinden. Ik snap toch al niet waarom die Bosschenaren zo nodig groots willen vieren dat ze 400 jaar geleden in de pan werden gehakt door de Hollanders, komend via Vught.
En laat de gemeente Vught het natuurherstelsucces in de Gement niet verknallen met de gedachte bouw van windmolens langs het Drongelens Kanaal – wettelijk beschermd natura2000-gebied – en zonnevelden in de polder. En schei uit met die malle (brom-)fietsbrug van de Isabella over het kanaal. “Geen cement in de Gement!”, riepen we in 1992. Met succes. Nu zeg ik: “Geen kolder in de polder!” en “Geen staal bij het kanaal!”.
