Marc Smits
Een zichzelf tot de grote schrijvers scharende auteur ventileerde ooit in een televisieprogramma waarin hij voor de zoveelste keer werd geplugd dat grote schrijvers altijd ’s nachts werken. Dat ben ik sindsdien dus nog bewuster gaan doen. Wijlen Joost Zwagerman was het om precies te zijn. Wat ik in ieder geval hoop, is dat ik in de tandeloze toekomstige tijd en zelfs nu tegenwoordig al in het huidige heden niet als zodanig wordt beschouwd of bestempeld of nog erger … over mezelf ga roeptoeteren dat ik een groot schrijver ben.
Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat de nachtelijke uren ook mijn voorkeur als schrijfmoment genieten. Maar dit om geheel andere redenen dan me te willen rangschikken onder of scharen mèt gildebroeders en -zusters die zich moedwillig afwijkend van het generale krampachtig proberen te onderscheiden door zogenaamd anders te zijn. Voor mij betekent de nachtelijke serene rust gewoonweg geen binnenkomende e-mails, geen appjes, geen tetterend mobieltje of andersoortig sociaal storende situaties. Kortom: de wereld staat stil en focus is het toverwoord.
De beste inspiratie krijg ik altijd in de ochtendlijke vroege uren zoals tijdens de voorbije carnavalsdagen toen ik mezelf – in hogere sferen bevindend – voor even als (ge)Vierde Man bij de Grote Drie voegde. Mulisch wachtte jarenlang tevergeefs op de Nobelprijs voor de literatuur. Een erkenning waarvan hij zelf vond dat deze op zijn minst zijn deel zou moeten zijn. Zo diep ben ik nog net niet gezonken. Lang niet iedereen is immers gecharmeerd van de diarree aan woorden die ik middels deze column periodiek uitkraam. Dat bleek afgelopen Nieuwjaarsborrel toen een NOVO3-medewerkster onomwonden aangaf het niveau maar “Mwah” of zelfs nog minder dan dat te vinden. Kijk … en dan vind ik respons en feedback pas echt interessant worden. Niet de geijkte louter positieve nietszeggende klapveeachtige reacties vanuit je inner circle tijdens het jaarlijkse Boekenbal waar je niet op zit te wachten en die niets toevoegen.
En toch desondanks. Echt waar, mensen. Ik blijf het zeggen. Ik blijf het richting sommige van jullie zelfs roepen en adviserend, coachend en stimulerend bijna schreeuwen. Schrijven kun je leren! Schrijven is fouten maken en schrijven is vooral ook fouten dúrven maken. Kijk maar naar onze lokale overheid die dit lef tonen tot kunst heeft verheven en tot in de perfectie beheerst en etaleert op ‘Wij In Vught’.
Waarom hier op deze vrijplaats niets over de geschetste vermeende machtscultuur die de gemeente Vught zou kenmerken zoals Brabants Dagblad op vrijdag voor carnaval beschrijft? Heel simpel. Er gaat niets boven de macht van de pen. Ik trek de almachtige plug er voor nu even uit. Het is niet anders.