Marie
Hij zag er jarig uit. De hele dag een brede glimlach die het gat onthulde waar zijn recent uitgevallen melkvoortanden hadden gezeten. Dat schaarse gebit weerhield hem er niet van grote happen uit een slangentaart te nemen. Zeven werd hij, zwemdiploma B op zak, dol op slangen en bezaaid met blauwe plekken van de zaterdagse rugbywedstrijd. Hij wenste op zijn verjaardag door het hele gezin uit school te worden opgehaald, inclusief oma. Die oma ben ik. Ik stond dus bij het schoolhek, in feestjurk. Daar had hij telefonisch om gevraagd. Af en toe belt hij mij op. Bijvoorbeeld om mij de opdracht te geven tijdens het diplomazwemmen niet te joelen of te juichen.
Er was een heel programma bedacht voor zijn feestje: spijkerpoepen, zaklopen, koekhappen en ijsje eten. Een hele stoet jongetjes bestormde de achtertuin, het ene na het andere cadeau werd uitgepakt, er werd in no time taart verzwolgen en er ging maar één glas sap omver. Het koekhappen verliep nog georganiseerd en met veel hilariteit. Daarna had de feestcommissie het nakijken. De gasten renden de tuin in. De ene helft ging voetballen, de andere helft ging salamanders zoeken. De feestcommissie keek vanuit tuinstoelen toe. Tussen de voetballers namen ze een toekomstige Messi waar. Tussen de salamanderzoekers een toekomstige bioloog. Nadat ze de keien van het rotstuingedeelte hadden verwijderd, vonden ze inderdaad een salamander. Het diertje werd bejubeld en met voorzichtige vingertjes aangeraakt. Er wandelde ook een lieveheersbeestje rond. De stippen werden geteld en de toekomstige bioloog riep: ‘Niet aankomen, hij eet luizen.’
Bij de voetballers werd gescoord, de salamanderjongens stopten slakken in een doos en voorzagen hen van gras. De feestcommissie dronk een kopje koffie, greep af en toe in bij kleine incidentjes, bewonderde slakken en plakte hier en daar een pleister op een schram en werd langzamerhand doof. Het was een nogal luidkeels feestje.
De jarige stopte alsnog een lieveheersbeestje bij de slakken. ‘Vinden ze lekker’, zei hij.