Home Columns Gelukkigste mens

Gelukkigste mens

Ton Wagenaars

De uitslag van de jaarlijkse lijst van de gelukkigste mensen van de wereld is weer uit. En de winnaars zijn, niet geheel onverwachts, de inwoners van Finland en wel voor het derde achtereenvolgende jaar. Met een grenslijn van bijna 1300 kilometer met Rusland had ik niet anders verwacht. En zeg nu zelf, wie wil er niet in Finland wonen? Een half jaar lang is het donker, de alcohol is niet te betalen, maar iedereen drinkt zich een bochel en wie vond er de sauna uit? Inderdaad de Finnen. Nog een paar doorslaggevende punten die de Finnen mee hebben: de midzomernachtzon, de beste onderwijsresultaten, altijd in de medailles bij het speerwerpen op de Olympische Spelen en een onnavolgbare taal.

Benieuwd hoe die lijst gevormd wordt? Het lijkt me vanzelfsprekend dat de lijst wordt samengesteld uit de antwoorden die de inwoners geven op een vast rijtje vragen. Het zijn dus de inwoners van het land die de plaats op de ranglijst bepalen. Die vragen gaan zonder twijfel over welbevinden, welvaart, levensverwachting en keuzevrijheid. Niet vreemd dus dat Nederland als vijfde eindigde na nog twee Scandinavische landen. Wij hebben immers net als zij veel keuzevrijheid en wat nog belangrijker is, zo analyseerden de wetenschappers, als je overal over kankert zorgt dat ervoor dat je gevoel voor vrijheid een extra zetje krijgt. Nou dat zit dus wel goed in onze polders. In andere landen zoals de zuidelijkere landen wordt de jeugd geleerd om te gehoorzamen maar bij ons valt er van alles te kiezen en protesteren mag. En wat is er nu fijner om gelukkig te worden dan het kunnen kijken naar TV-programma’s als “Boer zoekt vrouw”, iedere avond een talk show met nagenoeg altijd dezelfde beterweters uit de grachtengordel  en infantiele spelletjes als Waku waku, of overlevingsspelen op een onbewoond eiland waar een vast panel je dag en nacht bekijkt. En een heel warm gevoel van gelukzaligheid krijg ik als ik ons koningspaar zie met hun drie hoogbegaafde dochters die zonder enige twijfel allemaal het gymnasium gaan halen. Is het niet in Nederland dan toch in ieder geval in Griekenland.  En wat zijn we gelukkig als we winnen bij het schaatsen en bij  het korfbal. We worden zelfs wereldkampioen. Vanzelfsprekend omdat in andere landen deze sporten nagenoeg niet beoefend worden, maar dat is voor kniesoren.

En we zijn nog gelukkiger omdat we in Brabant wonen “want daar brandt nog licht” en we wonen dichtbij de Efteling en we vieren carnaval…. De meest gelukkige mensen wonen bij navraag echter in Vught. Dat heerlijk deftige dorp omzoomd door bossen en heiden en vlakbij alle uitvalswegen en het perron van de trein. Het enige dorp in Nederland waar zelfs ik gelukkig ben als ik de ovonde weer gepasseerd ben zonder te zijn overreden. Waar ik me soms intens gelukkig voel als ik oude ansichtkaarten bekijk van Fuchte toen we nog een ouderwets natuurbad hadden met een fietsenstalling en oude majestueuze landhuizen waar de adel gehuisvest was. Waar nog echte ruige bosschages waren waarin je kon verdwalen. Waar de postbode iedereen kende, de melkboer de melk aan de deur bezorgde in flessen met statiegeld, de sterke kolenboer de kolen per mud in ons kolenhok gooide en waar we een postkantoor hadden waar je postzegels kon kopen. Waar een groot politiecorps alom aanwezig was en waar nog zandpaden waren. Ook nog aanwezig de kleine vertrouwde kleine middenstand die grammofoonplaten, stofzuigers, snoep of kaas verkocht. Waar geen gigantische supermarkten waren die alles verkopen en altijd de goedkoopste zijn. Er waren nog banken waar je kon komen praten over financiële zaken en op zaterdag mocht ik friet kopen in een papieren puntzak. En Vught is ook nog eens een dorp waar je dagelijks alle tijd hebt om je gevoel van gelukzaligheid te overdenken want je staat minstens veertig minuten per dag voor een gesloten overweg.

Bijna euforisch gelukkig voel ik me als ik terugdenk aan hoe wij vroeger als kinderen buiten speelden en eikels raapten in september. Het geluk lag ook op de loer in school waar je sloffen droeg over je schoentjes als je op de kleuterschool zat en waar we in de rij naar binnen gingen op de lagere school …en allemaal jongens. We maakten bij het rekenen nog een eenvoudige staartdeling, “meneer Van Dale wachtte nog op antwoord” en ‘Het kofschip” ( tegenwoordig “Fuckschaap”) voer nog op zee. En we hadden nog een zeeklimaat met warme zomers en koele winters.  En al met al…. wat waren we gelukkig arm en blij met pindakaas op een boterham.

En daarom zal ik altijd blijven kankeren en klagen, zal ik blijven provoceren en blijven hunkeren naar die vervlogen tijd waar geluk echt heel gewoon was. Ooit gaan we die Finnen verslaan. Ik doe mijn best.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in