Marc Smits
Eén van de mooiste dagen van het jaar staat voor Vught vandaag op het programma. Normaliter Koningsdag op 27 april, de geboortedag van onze koning. Waarom mag de feestdag niet op zondag worden gevierd? “Dit hangt samen met de religieuze rustdag in Nederland, de zondag”, meldt AD. Al sinds 1980 wordt het feest nooit op zondag gevierd en een dag vervroegd als het zo uitkomt. Destijds is dat vastgelegd in een koninklijk besluit, ondertekend door koningin Juliana, een week voor de kroning van Beatrix.
In mondiaal perspectief is het vandaag – 26 april – een uitermate religieuze dag met de begrafenis van paus Franciscus op de rol. Onze koning is absent. Het overlijden van de mondiale kerkvorst zorgt er wel voor dat het verjaardagfuifje van onze vorst wat naar achteren wordt geschoven. Eerst het afscheid van de paus op de buis om vervolgens over te schakelen naar Koningsdag.
Nu we het toch over het AD hebben: even een sprongetje naar de altijd weer nietszeggende feitjes die hier met grote regelmaat worden gebracht. Voor dit staaltje statistiekenjournalistiek werden zelfs twee redacteuren ingevlogen: “Koningspaar al 5 jaar en 4 maanden niet in Vught geweest”. Sterker nog: als je doorleest, blijkt dat Willie en Max nog nooit samen in Vught zijn verschenen. Tenminste, niet in functie. “Koning Willem-Alexander is de afgelopen acht jaar maar één keer in Vught geweest. Koningin Máxima heeft in die periode helemaal geen bezoeken aan deze gemeente gebracht. Die laatste koninklijke visite was op 27 november 2019, oftewel 5 jaar en 4 maanden geleden. Dat bezoek stond als ‘opening vernieuwd herinneringscentrum Nationaal Monument Kamp Vught’ in de openbare agenda van Willem-Alexander, blijkt uit gegevens van de Rijksvoorlichtingsdienst.”
De Rijksvoorlichtingsdienst. Het woord is gevallen. Het was in de jaren dat ik journalistje speelde voor lokale kranten die in en rond ’s-Hertogenbosch verschenen. Op donderdagochtend 5 maart 2015 werd ik door de persvoorlichter van de Rijksvoorlichtingsdienst gebeld met de vraag waarom mijn naam niet op de lijst van geaccrediteerde journalisten stond vermeld. De komst van koningin Máxima die het naar haar vernoemde kanaal die ochtend zou openen, schreeuwde kennelijk zelfs om mijn aanwezigheid.
Nadat ik de beste man uitlegde dat mijn absentie met de deadline en het ‘zakken’ van de krant te maken had en het in tijdsperspectief niet paste om de kopij voor 13.00 uur die middag gereed te hebben, gaf hij aan: “Maar jullie kunnen als journalisten op 25 meter van de koningin zitten”. Ik meldde dat ik haar dan wel persoonlijk enkele vragen wilde stellen. Dat bleek niet mogelijk. “Okay, dan ben ik er niet bij” en ik accentueerde dit door aan te geven dat ik thuis voor de buis op één meter van Máxima kon zitten. De persvoorlichter sprong uit zijn vel en vroeg om het telefoonnummer van mijn baas. Ik reageerde dat ik als freelancer en zelfstandige geen baas had die mijn agenda bepaalde. Van de beloofde klacht richting hoofdredacteur en directie en het mij onmogelijk maken ooit nog in de journalistiek werkzaam te zijn, is het nooit gekomen.
Terug naar onze koning. Voor een keer lekker vrij op zijn verjaardag. Dankzij Franciscus dat staat voor ‘vrij man’.