Ton Wagenaars
Het moest er eens van komen en dan ook maar meteen midden in de zomer met allerlei vakantieperikelen: het vreselijke verschijnsel van de fatbike.. Wat heb ik er de pestpokken aan. En ik zeker niet alleen. Hele legioenen melden zich al maanden met een klaagzang over dat irritante, lelijke en gevaarlijke motortje dat zich overal in het verkeer meldt behalve op die plaatsen waar het getolereerd is.
Ik weet het, ik ben een oude zak en niet flexibel. Ik ben ouderwets en heb geen zicht op de voortschrijdende techniek en ik kan mij niet verplaatsen in die heerlijk, creatieve en avontuurlijke jeugd. De medemens die mij denkt te kennen heeft ongetwijfeld ook al een wederwoord paraat: “Wat deed jezelf in de jaren zestig en wat reed jezelf in die periode?” Dat weet ik echt wel: ik reed een Puch met een gevaarlijk hoog stuur en vriendjes van mij hadden hem opgevoerd. Dat laatste kon ik simpelweg niet, omdat dit met techniek te maken had en daarvan had ( en heb ) ik geen enkel verstand. Met een Puch hoorde je erbij. Je was een artistiekeling en je had lang haar. Al je vriendjes hadden dat en die hele club had ook veel verstand van die fantastische hippiemuziek uit de jaren zestig. En wat was het leuk om in een groepje naar Eindhoven of zelfs naar Scheveningen te rijden voor een goed popconcert. Uiteraard waren er ook tegenhangers. Dat waren de jongeren van de arbeidersklasse. Wij waren studenten en dus ‘intelligenter” zeker als het onze muziekkeuze betrof. De jongeren van de werkende klasse reden op andere brommers, Zundap of Floret. Die zogenaamde buikschuivers reden nog veel harder dan onze Puch of Tomos, mede omdat de zogenaamde vetkuiven een technische opleiding hadden genoten en hun brommers dus uiterst kundig konden opvoeren. Verder waren deze jongelui veel rijker, want velen werkten al en mochten een deel van hun loon houden. Van ons zakgeld konden we precies drie liter benzine kopen.
Maar terug naar die aftandse fatbikes. Dat is toch heel wat anders. Het heeft geen binding met een cultus en niemand weet exact wat wel of niet toegestaan is. Is er een leeftijdsgrens? Klaarblijkelijk niet want er zijn bijna kleuters die op de onhandige buddyseat plaatsnemen. Een helm is niet verplicht en de maximum toegestane snelheid zou 25 kilometer per uur zijn. Gaat hij sneller, en dat doen de meeste, is het een soort bromfiets en kan dus niet op de openbare weg gebruikt worden en kan ook niet verzekerd worden. Er zijn er verschillende met een gashandel en er zijn er ook waar je helemaal niet meer hoeft te trappen. Kleding is wel vaak unaniem: zwart met capuchon. Je kan er met z’n tweeën opzitten, maar met drieën is het nog veel gezelliger. De mentaliteit bij de “ vetbuikers” is in heel veel gevallen uiterst discutabel: snelheid is werkelijk soms schandelijk en het gebruik van een bel is bijna uitgesloten. Met zijn drieën naast elkaar, op het trottoir of de snelweg, niets deert. Word je gesommeerd om te stoppen door bijvoorbeeld de lange arm van de wet, dan leent de zwarte brommer zich uitstekend om dit niet op te volgen, maar er simpelweg mee “uit te naaien” zoals dat in het Vughts heet. Word je na woeste achtervolgingen door stegen en brandgangen uiteindelijk toch gegrepen dan was je in paniek geraakt en volgt een afschrikwekkend taakstraf: zes uur eikels rapen. En het wordt alleen maar erger, want het groeit de eerzame gewone fietser en politie volledig boven het hoofd. Een kijkje in de fietsenstalling van scholen zal leren dat het inmiddels een waar lunapark is geworden. Vraag je de ouders waarom ze hun tere zieltjes laten rijden op die levensgevaarlijke ondingen dan is het antwoord ook van deze tijd: “Ze moeten anders zes kilometer naar school fietsen..”
Even preventief mezelf indekken tegen brandstichting of een explosief in de brievenbus: Er zijn ook hele bevolkingsgroepen die de verantwoordelijkheid wel aankunnen en bedaard en met inzicht de breedbandfiets berijden.
Toch heel benieuwd wanneer er maatregelen genomen gaan worden tegen dat levensgevaarlijke en asociaal rijgedrag van die terreurtrappers. Ik ben bang dat dit nog heel lang gaat duren en dat er nog heel veel slachtoffers gaan vallen. Het woord “handhaving” is al decennialang een vergeten woord en dat is heel erg slecht.