
Wat de Efteling is voor Kaatsheuvel en Madurodam voor Den Haag, is de IJzeren Man voor Vught. Gemeenschappelijk bezit. Een plek voor en van alle Vughtenaren. Wie in Vught wordt geboren of daar in ieder geval opgroeit, draagt de IJzeren Man mee in zijn of haar hart. Een dagje IJzeren Man stond ooit gelijk aan met een goed gevulde koeltas van´s morgens vroeg tot ‘sluit’ verpozen aan het kabbelende water van het Scheveningen van Brabant. Als menneke in je blote kont de hele dag zandkastelen bouwen, terwijl de auto bijna op het strand stond geparkeerd. En, als je wat ouder was, salto’s maken van de duikplank in de hoop dat iemand keek. Bij voorkeur lekkere meiden of jongens. En anders plat op je buik neerkomen. Gênant. De dag afsluiten met een frikandel speciaal en een frietje in een walmend frietkot.
Ik weet niet hoe het u vergaat, maar de IJzeren Man voelt steeds minder als dé IJzeren Man. Er wordt gebouwd en gebouwd, het wordt groter en groter, luxer en luxer. Maar meer en groter is niet altijd beter. Wel onpersoonlijker. Zakelijker. Killer. Waar stopt de expansiedrift van de huidige eigenaar van de IJzeren Man? En vooral: welke motieven spelen er op de achtergrond een rol? Mijn onderbuikgevoel belooft weinig goeds. Een vriend van mij vergeleek het huidige IJM onlangs met een Turks all-in resort. Een gewaagde uitspraak. Maar misschien niet eens zo bezijden de waarheid als je ziet hoeveel strand er nu al in bezit wordt genomen door ligbedden. Hoe ver zijn we dan af van de invoering van de eerste polsbandjes? In verschillende kleuren, naar gelang ‘waar je recht op hebt’. Portiers bij de ingang? Flessen goedkope champagne in koelers? De IJzeren Man als pretfabriek waar je 24 uur per dag en zeven dagen in de week aan de lampen kunt hangen. Vught als een ‘City that never sleeps’. Kunt u het zich voorstellen?
U mag mij wegzetten als iemand die niet meegaat met zijn tijd. Maar volgens mij moet er altijd een balans zijn tussen ‘je ergens thuis voelen’ en ‘je verloren wanen’. Als ik in de krant lees dat de huidige eigenaar ‘als stip op de horizon werkt aan een groots plan’, dan houd ik mijn hart vast. Wat staat ons verder nog te wachten? Toch een hotel? Een casino? Lasergamen? Karten? Een overdekte IJzeren Man? Betaald parkeren?
Natuurlijk. De IJzeren Man was onder de gemeente en later onder Accomplu ernstig verouderd. En er moest ook echt wel iets gebeuren. De vorige eigenaar deed echter precies wat er nodig was om het strandbad weer aantrekkelijk te maken. Een modern jasje, maar nog steeds herkenbaar IJzeren Man. En juist die herkenbaarheid dreigt te verdwijnen. Als je Holle Bolle Gijs (1959!) en Langnek (1952!) uit de Efteling haalt, haal je de ziel uit de héle Efteling. En zo is het ook met de IJzeren Man.