In de commissievergadering van 2 juni werd het participatieplan omgevingsvisie besproken. Partijen waren het erover eens dat er in zijn algemeenheid nog te weinig belangstelling voor participatie bestaat.
De VVD gaf aan dat het vaak dezelfde mensen zijn, die er een hobby van maken. In het raadsvoorstel werd gepleit voor de inzet van verschillende middelen voor verschillende doelgroepen. GB pleitte voor een breed en omvattend participatieplan en gaven aan behoefte te hebben aan diverse middelen om dit te activeren. De PLV en PvdA/GL vonden, dat de huidige participatie niet opnieuw gedaan hoeft te worden. PLV stoorde zich in het stuk over de volgorde van participanten. PvdA/GL pleitte er voor kinderen via de scholen te interesseren voor de participatie. De materie is te abstract, waardoor niet iedereen erover meepraat. D66 pleitte ervoor om ook stakeholders te betrekken in de dialoog. VVD pleitte voor een doelmatiger uitnodigingsbeleid. “Jongeren en ouderen moet je niet op dezelfde manier benaderen.” De VVD pleitte voor een kinderburgemeester om zo de jeugd meer te betrekken. Partijen discussieerden nog over de bijeenkomsten met bewoners waarbij raadsleden als tafelheer optreden; doch de algemene conclusie was dat raadsleden zich buiten de discussie met bewoners moesten houden. De PLV was de enige die het geen hamerstuk vond.
De vaststelling regeling adviesrecht gemeenteraad verplichte participatie delegatie omgevingswet was na een korte discussie voor alle partijen m.u.v. de VVD een hamerstuk. In een amendement willen zij een aanpassing dat ook bij het plaatsen van windturbines lager dan 25 m de vastgestelde regeling gaat gelden.