In de commissievergadering van 3 februari werd het Raadsvoorstel ‘vaststellen voorwaarden antispeculatie en zelfbewoning’ aangehouden en hebben de fractiewoordvoerders daarna een werkgroep gevormd onder leiding van Albert Verlinde. Aanleiding hiervoor was dat bij nieuwe woningen een zelfbewoningsplicht moest worden vastgelegd en het beleid voor een antispeculatiebeding moest worden herzien. Het betrof nieuwe woningen tot 600.000 euro, waarvoor een zelfbewoningsplicht gaat gelden voor de duur van 5 jaar met een nader te bepalen boete. In de raadsvergadering van 19 mei werd een motie ingediend door alle partijen met uitzondering van de PLV en GB, waarbij aangegeven werd dat op de korte termijn maatregelen moeten worden genomen om verdere speculatie op de Vughtse woningmarkt tegen te gaan en verder bezien moet worden wat de mogelijkheden zijn om marktwerking bij (starters)woningen af te remmen. Derhalve werd het college verzocht, binnen de in deze motie beschreven kaders, een zelfstandig besluit te nemen over de voorwaarden voor antispeculatie en zelfbewoning. Het beleid na 2 jaar te evalueren en dan te bekijken of er evt. aanpassingen nodig zijn en de raad hierover te informeren. Ook werd de griffie verzocht een sessie te organiseren waarin een externe deskundige aan raad en college uitlegt welke mogelijkheden er zijn om marktwerking bij (starters)woningen af te remmen. PLV stemde tegen omdat het college de mandatering krijgt uitvoering te geven zonder de raad te informeren. GB gaf bij monde van Jos den Otter een stemverklaring af. Hij gaf aan te betreuren, dat er geen unanimiteit was bij de werkgeroep. Ondanks dat was zijn partij ook voor een antispeculatiebeding.