Wethouder Van de Ven gaf in de commissie antwoorden op vragen van politieke partijen op subsidie- en accommodatie beleid:
“Het huidige voorstel is opiniërend. Het beleid is faciliterend. In subsidiebeleid zal niet staan op welke gronden er geld verstrekt wordt. In cultuurbeleid of sportbeleid staan de doelen. Er moet onderscheid gemaakt worden in subsidieontvangers met betrekking tot professionele krachten of vrijwilligers. Alle subsidies kennen een subsidieplafond. Er is geen sprake van kannibalisme. Bij daling of stijging van aantal leerlingen vindt een aanpassing plaats. Er wordt een bedrag per leerling betaald. Dat bedrag verandert niet als die bij MDM eraf gaat en bij MusiCare er bij komt. Daarnaast is het in het huidige beleid zo dat er een marge van 10% wordt aangehouden als marge van subsidieverstrekking. Cultuureducatie krijgt een basisbedrag en daarbovenop een bedrag per leerling. In Helvoirt krijgen nu alle verenigingen (na herijking) die er recht op hebben subsidie. In 2019 is de huidige cultuurnota aangenomen die volgens het college nog steeds voldoet.”