Tijdens de commissievergadering van 30 juni ging het in de Bestuursrapportage (Burap 1-2022) vaak over de mei- september- en decembercirculaires, die onduidelijkheid scheppen in het uitgeven/ontvangen van gelden, waardoor soms een aanpassing in de begroting noodzakelijk is. In zijn algemeenheid waren er voor de fracties niet veel onduidelijkheden.
Dani Smith van de SP vond dat gemeenschappelijk geld aan het eind van de rit naar de gemeenschap moet gaan. Mocht het zo zijn dat de septembercirculaire minder geld naar ons zou brengen, dan moeten we maar conservatief begroten.
Nino de Lange van PvdA/GL, De Lange vond de subsidie voor HelvoirThuis een mooi gebaar en was blij met de uitbreiding met een Helvoirtse boa.
Bert Timmermans VVD was blij, dat de wijkagenten in hun taken verlicht worden. Onzekerheden zijn er genoeg door de rentestijgingen, Oekraïne-oorlog en stijging van materiaalkosten. Voorzichtigheid is geboden.
Martin Vromans GB concludeerde dat Burap 1 een samenvattend document van verschuivingen was. Opvallend was het personeelstekort en dat er toch een stijging was van de kosten. Opvallend was ook het geldoverschot bij de statushouders. Hij vroeg zich af of er te weinig gedaan werd daarvoor.
Rutger Jans CDA concludeerde dat de circulaires van overheidswege over elkaar heen buitelen. De mei-circulaire gaf een extra zwiep aan de exploitatiereserves voor de komende jaren. Er komt zomaar 4,3 miljoen bij ons exploitatieresultaat. Dat heeft een een behoorlijke invloed had op onze cijfers.
Joris Vrensen van de PLV constateerde dat bijstelling wordt veroorzaakt door positieve bijstelling van het gemeentefonds. Het is terecht dat het college constateerde dat hiervoor ook taken moeten worden uitgevoerd, zoals de Energie toeslag en taken uit sociaal domein. Maar er blijft voorzichtigheid geboden, alleen had Vrensen graag gezien dat het college deze voorzichtigheid opgenomen had in het raadsvoorstel.
Wethouder Du Maine antwoordde dat de circulaires aan verandering onderhevig zijn en dat er niet altijd duidelijkheid is voor de begrotingen.
Joris Vrensen PLV hamerde op voorzichtigheid, hij constateerde dat de coalitiepartners al op zoek gaan naar snoepjes om uit te delen. Hij vond het prima als er veel geld over is om snoepjes uit te delen maar constateerde dat er nog veel dingen doorgeschoven worden en dat er taken liggen voor het geld dat over is en gaf aan te waken voor het uitdelen van snoepjes.
Rutger Jans CDA vond dat het woord ‘snoepjes’ een kwalitatieve lading had en vond dat we ons daarvan moesten onthouden. Hij gaf aan dat er ongetwijfeld gedachten naar boven zullen komen om te kijken hoeveel miljoenen er kunnen worden besteed, maar zo zei hij: “Ik zou het niet een snoepje willen noemen.”